Top 10 Meest Voorkomende Koeienrassen in Nederland

In de laatste jaren zijn we ons steeds meer bewust geworden van wat we eten. Meer groeten van eigen bodem en minder vlees. Dit is goed nieuws voor de Nederlandse koe. Telde Nederland in 2015 nog 4.3 miljoen koeien, in 2020 nog ‘maar’ 3.5.miljoen!

Gelukkig zijn er steeds meer mensen die de koe terug in het weiland willen zien. De oude koeienrassen worden weer in ere hersteld. Welke koeienrassen zijn populair in Nederland? Hier volgt de Top 10 van de meest voorkomende koeienrassen in Nederland!

1. De Friese Holstein

De Friese Holstein koe is zonder twijfel de meest voorkomende koe ter wereld. De wit-zwarte of wit- bruin gevlekte koe is het resultaat van een in de jaren 70 ingezet Amerikaans fokprogramma, waarbij de zwart-witte Friese Hollandse koe als uitgangspunt is gebruikt. Er zijn inmiddels meer dan 50 miljoen FH-koeien op de wereld. Hun populariteit is te danken aan de dubbele functie: hoge melkproductie en prima vleeskwaliteit.

De FH-koe wordt niet meer als dier gezien, maar als product. Direct na de geboorte worden de kalfjes bij de moeder weggehaald. De kalveren staan wel dichtbij, zodat de moeder in reactie op het hongerige, huilende kalf, (waarbij de horens ruwweg worden verwijderd) meer melk produceren. De mannelijke kalfjes worden zo snel mogelijk vetgemest voor de slacht, de vrouwelijke kalfjes worden volgespoten met hormonen om zo snel mogelijk kunstmatig geïnsemineerd te worden en nieuw fabrieksproduct te zijn. De levensduur van de FH melkkoe is 4 jaar.

Meer dan 90% van alle koeien in Nederland zijn FH-koeien, gehouden door zogenaamde superboeren.

2. De MRIJ

MRIJ staat voor Maas, Rijn en IJssel-vee, vernoemd naar het gebied waar de koe het meest populair is. Een raszuivere MRIJ-koe is zeldzaam. De meeste MRIJ-koeien zijn gekruist met Friese Holsteiners om de melkproductie te verhogen.

De meeste raszuivere MRIJ-koeien zijn nakomelingen van een stier met de naam Prins, die een wit lijf met bruine vlekken in de hals, het gezicht en op de poten heeft.

De robuuste MRIJ is uitermate geschikt zijn om in de Nederlandse uiterwaarden te grazen. Het ras geniet de laatste paar jaar veel nieuwe belangstelling. In 2020 waren er in Nederland zo’n 6000 MRIJ-koeien, en hun aantal stijgt.

3. De Lakenvelder

Deze prachtige Nederlandse koe heeft een bruinrode of zwarte kleur en een brede witte band over de rug en buik. Er bestaan documenten waaruit blijkt dat dit ras al in de 12e eeuw bestond, en er is een schilderij van een Lakenvelder uit 1450!

Lakenvelders zijn vriendelijke, gemakkelijke koeien met een prima melk productie. Door de opkomst van de Friese Holstein fabriekskoe raakte de traag groeiende Lakenvelder net als veel andere koeienrassen overbodig.

Lakenvelderkoeien staan in de winter meestal binnen. Het dieet van gras, hooi en een mineraal liksteen zorgt voor prima kwaliteitsvlees. In de zomer is de Lakenvelder het beste op haar plaats in de wei, samen met haar kalfje.

Momenteel telt Nederland zo’n 3300 Lakenvelders. De meesten staan in zorg- of kinderboerderijen, of worden gehouden door hobbyboeren.

4. De Witrik

De Witrik is een oud, redelijk klein koe-ras. De Witrik heeft een dunne witte band die van boven op hun kop over de ruggengraat naar de staart loopt en over de buik weer terug naar de kop.

In de 12e eeuw was de Witrik erg populair in Nederland. In het begin van de 19e eeuw, tijdens de invoering van het Nederlandse en Friese Rundvee Stamboek, werd besloten dat er maar 3 rundveerassen gefokt mochten worden: de Zwartbonte MRIJ, de Roodbonte MRIJ en de Blaarkop.

In 1999 telde ons land 3000 Witrikken, waarmee het de discutabele eer kreeg om als “kwetsbare dierensoort” opgenomen werd door de Stichting Zeldzame Huisdieren.

5. De Fries-Hollandse koe

De Fries Hollandse koe is de koe die we eigenlijk allemaal kennen; een stevige uitziende, vriendelijke, zwart-wit koe. Deze koe is gebruikt om de Friese Holstein aka Frankenstein koe te creëren in de jaren 70.

De Friese Hollandse koe is uiteraard afkomstig uit Friesland. Ze werd vooral gehouden voor de melkproductie, maar ook het vlees is van goede kwaliteit.

In 1980 was nog ongeveer 75% van de koeien in Nederland Fries Hollands, maar door de komst van de FH-koe zijn er nog maar 2185 raszuivere Friese Koeien in ons land.

6. De Groninger Blaarkop

De Groninger Blaarkop heeft een stevige lichaamsbouw, en een rode of zwarte vacht met een witte kop, met zwarte of rode “blaren” om de ogen.

De Groninger Blaarkop koe is een langzaam groeiende koe die het prima doet op het sobere voedsel dat ons landschap biedt. Je ziet ze dan ook bijna het hele jaar door buiten.

Kunstmatige inseminatie is bij dit ras niet nodig. Ze geven gemiddeld melk en het gemarmerde vlees heeft een hoog vetgehalte waardoor het bijzonder mals en smaakvol is.

Momenteel zijn er nog zo’n 2000 Groninger Blaarkoppen in ons land, en dit aantal is gelukkig stijgende.

7. De Schotse Hooglander

De Schotse Hooglander is één van de oudste koeienrassen van het Verenigd Koninkrijk. De van oorsprong zwarte koe kon prima zelfstandig overleven in de Schotse Hooglanden. Hij heeft een goede wintervacht en is pas op latere leeftijd geslachtsrijp. Koningin Victoria wilde ze uit esthetisch oogpunt liever in het roodbruin en daarom hebbende meeste Schotse Hooglanders nu een rood-bruine vacht.

Ondanks zijn wilde uiterlijk heeft de Schotse Hooglander een rustig karakter. Dit maakt dit ras zeer geschikt voor het begrazen van natuurgebieden. In Nederland zijn de Schotse Hooglanders ingezet op de Veluwezoom. Inmiddels telt Nederland meer dan 1000 van deze semi-wilde koeien.

8. De Holland Dexter

De Holland Dexter is een kleine, stoer uitziende koe uit Ierland. Rond 1960 kwam deze koe die vooral gehouden werd door de Engelse Adel naar Nederland.

Dexter koeien zijn altijd éénkleurig: rood, zwart, of bruinachtig. Hun horens groeien naar binnen of naar boven. Deze relatief kleine koe heeft een schofthoogte van 1 meter en kan 250 tot 350 kilo wegen.

In Nederland zijn zo’n 250 Holland Dexters. Behalve als hobby-koe lopen ze ook in onze natuurgebieden vrij rond, waar ze zorgen voor de begrazing van bos- en grasland. De Dexter kan goed uit de voeten op drassig terrein en is winterhard.

9. Het Kempens Rund

Het Kempens Rund wordt ook wel de Belgische Roodbont genoemd. Net als veel oude rassen is er haast geen puur Kempens Rund meer. Dit is het gevolg van kruising met de roodbonte Holstein en de MRIJ voor een hogere melkproductie.

Het Kempens Rund is een robuuste, roodbonte gevlekte melkkoe met een gedrongen kop, een goed ontwikkelde romp en gespierde poten. Ze hebben een vriendelijk karakter, zijn vroeg geslachtsrijp en zijn goede moeders. Als vleeskoe zijn ze iets minder geschikt.

In België staat deze koe op de lijst van Stichting Levend Erfgoed. Van de 200 raszuivere, geregistreerde exemplaren staan er 80 in Nederland.

10. De Dwergzeboe

De Zeboe koe is één van de oudste koeienrassen ter wereld. 10.000 jaar geleden was Zeboe al in India en verspreidde zich langzaam over Afrika, Zuid Azië en Noord Amerika.

De Zeboe is vooral geschikt als multifunctionele livestock in de armere landen. Ze kunnen goed tegen de hitte en zijn een bron van melk en vlees. Hun uitwerpselen worden gebruikt als brandstof en bouwmateriaal. De Zeboe is mager, heeft grote horens, veel nekvel en een vetbult op de schouders.

Er bestaan ongeveer 75 verschillende Zeboerassen, waarvan de Dwergzeboe uit Ethiopië het kleinste runderras ter wereld is. 10 jaar geleden kwamen de eerste Dwergzeboetjes naar Nederland. Dwegzeboetjes worden gehouden voor de hobby. Nederland heeft ongeveer 25 Dwergzeboetjes.

Wat vond je van dit artikel?

Top 10 Beste Zweedse Universiteiten

Top 10 Grootste Kippenrassen