Hoeveel inwoners had Nederland in de Gouden Eeuw?

De Gouden Eeuw van Nederland staat in elk geschiedenisboek. Nederland was namelijk de grootste macht van de wereld.

Officiële cijfers zijn er niet, maar uit bronnen kunnen we zien dat Nederland ongeveer twee miljoen inwoners had in de Gouden Eeuw. Dit was een veel grotere bevolking dan in de eeuwen voor de zeventiende eeuw.

Geschiedenis

Met de Gouden Eeuw bedoelen we de zeventiende eeuw. In deze periode groeide de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden uit tot wereldmacht op het gebied van economie en handel.

De Republiek was net onafhankelijk geworden na een lange Spaanse overheersing, en koos voor een republikeinse staatsvorm. Er was in deze tijd dus geen vorst in Nederland.

Daarnaast was de bevolking van Nederland een stuk vrijer dan in andere landen, omdat het feodalisme hier al veel meer was afgenomen dan elders.

Dit betekent dat men vrij was om zelf te bepalen welk werk ze wilden doen. Dit was een enorme stimulans voor de economie, omdat er hierdoor veel handel werd gedreven door ondernemers.

Het was ook al mogelijk om geld te lenen, waardoor er meer mogelijkheid was voor een individu om een bedrijf op te zetten. Men kon ook investeren in bedrijven zoals de VOC.

Naast de vrije arbeidsmarkt had de Republiek ook koloniën, waardoor het kon handelen in kostbare kruiden en andere producten uit Azië en Afrika.

De grootste handel vond echter nog steeds binnen Europa plaats, met de graan- en houthandel. Deze handelsroute in het Oostzeegebied wordt de moedernegotie genoemd; de moeder aller handel.

Door de groeiende welvaart die de handel met zich meebracht konden Nederlandse steden zich verder ontwikkelen. Vooral Amsterdam werd een echte wereldstad, met kooplieden vanuit de hele wereld.

Het tolerante karakter van de Republiek leidde ertoe dat veel mensen die vervolgd werden door de katholieke kerk naar Nederland kwamen. Hier werd hun veiligheid gegarandeerd.

Hierdoor kwamen ook veel wetenschappers en ontdekkers naar Nederland. Deze diverse samenleving leidde tot een technologische voorsprong van de Republiek op de rest van de wereld.

Bevolkingsgroei in de Gouden Eeuw

Misschien lijkt het alsof er helemaal niet zoveel mensen in Nederland leefden tijdens de Gouden Eeuw. De bevolking groeide echter enorm in vergelijking met andere eeuwen.

De bevolkingsgroei was onder andere het gevolg van betere levensstandaarden. De welvaart van de Gouden Eeuw zorgde dat mensen over het algemeen makkelijker konden overleven.

Door de handel was er ook altijd genoeg eten.

Verstedelijking

Een bijzonder weetje over de Gouden Eeuw is dat er ontzettende verstedelijking plaatsvond. Dit was heel ongebruikelijk, omdat een groot deel van de bevolking van Europa nog steeds van het land leefde.

In Nederland woonde echter maar 20% van de bevolking buiten de stad. Men was dus in de Republiek al vroeg voorzien van genoeg voedsel door de handel, en was niet meer afhankelijk van de eigen oogst.

Rond het jaar 1500 waren er maar drie steden in Nederland met meer dan 10.000 inwoners. In 1688 waren er acht steden met een bevolking van 30.000 of meer. Vooral Amsterdam groeide snel.

Dat had in 1688 maar liefst 200.000 inwoners.

Migratie

De verstedelijking kan de enorme bevolkingsgroei niet compleet verklaren. Een andere reden voor de enorme bevolkingsgroei, is de immigratie die in de Gouden Eeuw plaatsvond.

Duizenden mensen trokken naar de Republiek om een beter leven op te bouwen.

De tolerantie waar Nederland om bekend stond, was een grote reden voor de massamigratie.

Nederland was na de Beeldenstorm van de zestiende eeuw grotendeels protestants geworden, en viel dus niet meer onder de Rooms-Katholieke Kerk van of het Vaticaan.

Mensen die door de Katholieke Kerk vervolgd werden, vluchtten massaal naar Nederland. Dit waren joden, protestanten – toen ook wel ketters genoemd – en meer andersdenkenden.

3Zoals al eerder besproken werd, leidde dit tot de diversiteit van de samenleving, wat tot een rijkdom aan ideeën en technische ontwikkelingen leidde.

Samenleving

Ook qua samenleving verschilde de Republiek met andere landen. Afkomst en familie was elders nog steeds erg belangrijk voor de sociale status, maar in Nederland werden de sociale klassen door inkomen bepaald.

Dit betekent dat niet de adel, maar de kooplieden het voor het zeggen hadden in de Republiek.

Ook de geestelijken konden niet van een hoge sociale status genieten – die prestige was verdwenen toen de Republiek grotendeels protestants werd.

Doordat inkomen, en niet afkomst, de sociale status bepaalden, waren de klassen iets minder scherp afgebakend in de Gouden Eeuw.

Geld kon je immers verdienen, afkomst kan je niet veranderen. Daarnaast zorgde het calvinisme in Nederland ervoor dat men niet al te veel met hun rijkdom pronkten.

Relatief gezien was het dus een egalitaire samenleving.

Er werd redelijk goed gezorgd voor de armen en zieken van de samenleving. Huizen werden opgericht door kooplieden om hun nederigheid te tonen.

Ook vrouwen hadden relatief veel vrijheid in de Republiek.

Conclusie

Nederland had ongeveer 2 miljoen inwoners in de Gouden Eeuw. Dit kwam door meerdere factoren.

De Gouden Eeuw was een periode in de geschiedenis waar Nederland genoot van grote welvaart. Hierdoor gingen de levensstandaarden omhoog, en de bevolking flink toenam.

Daarnaast zorgde immigratie voor een enorme toename in bevolking.

Wat vond je van dit artikel?

Hoeveel Fletcher hotels zijn er?

Zijn er Fletcher hotels in Duitsland?